Handreikingen

From Noordoostpolder samenwerkingswijzer
Handreikingen

Regie vanuit de raad op samenwerking en interactie

Regie vanuit de raad betekent dat de raad actief richting geeft aan de aanpak van participatie bij die onderwerpen waar de raad ook over gaat – omdat de raad bevoegd is of een onderwerp grote impact heeft in de samenleving en politiek relevant is. Het college kan de raad daartoe in positie brengen.


Bij regie door de raad kun je denken aan:
  1. Het richten van de inzet: onderwerp, afbakening en cruciale politieke keuzevraagstukken.
  2. Selectie van cruciale partijen.
  3. Bepalen van de gewenste participatie: participatievorm of doelen van participatie.
  4. Cruciale processtappen.
  5. De eigen rol van de raad tijden het participatieproces.
  6. De rolverdeling tussen raad en college in het proces.
  7. Evaluatie en controle op de voortgang.

Realiseren van maatwerk

Onderdeel van een professionele werkwijze is de vaardigheid tot maatwerk te komen.


Maatwerk organiseren:
Maatwerk1.png
Maatwerk1.png
Maatwerk1.png
  • In nagenoeg elke situatie zijn dezelfde zaken belangrijk: belangen; belanghebbenden; doelen; rolverdeling; spelregels, verwachtingenmanagement; communicatie. In nagenoeg elke situatie spelen deze zaken net op een andere manier.
  • Professionaliteit betekent dan dat je vanuit een gemeenschappelijke manier van werken zicht hebt op wat speelt en in samenspel kunt inschatten wat in deze situatie precies nodig is – in plaats van elke keer ‘lukraak’ wat te doen. In samenspel met:
    • Raad, college en ambtelijke organisatie.
    • Participanten en initiatiefnemers.
  • Professionaliteit betekent ook dat je ondanks deze complexiteit op basis van ‘gezond verstand’ kunt toewerken naar een resultaat met mensen die daar vanuit positieve energie aan willen bijdragen.
  • Een professionele werkwijze betekent een gemeenschappelijke taal en handelingsrepertoire.
Maatwerk2.png
Maatwerk2.png
Maatwerk2.png

Werkvormen

Alert zijn op valkuilen

Voorkom veelvoorkomende valkuilen die in de praktijk van veel agemeenten relevant zijn!


Veel voorkomende valkuilen:
  1. Participatie om de participatie.
  2. “Consensus en draagvlak zijn altijd te realiseren bij goede participatie” – een remmende illusie.
  3. Participatie komt neer op het weglopen voor het nemen van beslissingen.
  4. Van een klankbordgroep consensus verwachten.
  5. Een representatief beeld als eis aan participatie.
  6. Ongenoegen over de inhoudelijke uitkomst botvieren op de kwaliteit van het proces.
  7. Onvoldoende (politiek-bestuurlijke organisatie) om participatie te richten en er vervolg aan te geven.
  8. Bestuurders / politici bewijzen lippendienst aan participatie en samenwerking, maar doen er vervolgens alles aan om het niet te laten slagen.
  9. Participatie en samenwerking zien als apart proces in plaats van een integraal onderdeel van het beleidsproces.
  10. Zelf geen goed samenwerkingsspeler voor andere partijen zijn - maar andere partijen wél aanspreken op hun opstelling in de richting van het gemeentebestuur.



Verwachtingenmanagement

*Hoe wek je bij partners verwachtingen die je ook kunt waarmaken?
Goed verwachtingenmanagement zou als als rode draad door elke samenwerking of interactief proces moeten. Dit verdient binnen iedere processtap aandacht!

Ga steeds na wat ervoor nodig is om goed verwachtingenmanagement te realiseren richting alle actoren.

Invulling geven aan goed verwachtingenmangement:

Goed verwachtingenmanagement betekent dat voor alle betrokken actoren op ieder moment duidelijk is:

  • waarover zij kunnen meepraten en meedoen;
  • hoeveel beleidsruimte er is en welke inbreng zij daarin hebben;
  • welke rol zij innemen en hoeveel invloed ze in die hoedanigheid hebben;
  • welke toezeggingen de gemeente doet en hoe hard deze zijn;
  • hoe het gehele proces eruit ziet, in welke fase actoren mee kunnen doen, wanneer en hoe het gemeentebestuur reageert en welke resultaten actoren mogen verwachten.


  • Heldere verwachtingen mag je over en weer van elkaar verlangen - het gemeentebestuur mag daar ook andere partijen op aanspreken.


Actoren kunnen elkaar duidelijkheid bieden:
  • Ze hebben een duidelijk beeld van hun eigen situatie. Zij weten wat inhoudelijke uitgangspunten en randvoorwaarden zijn die voortvloeien uit eerder vastgesteld beleid – en hoeven zichzelf en anderen tijdens het proces hiermee niet te verrassen.
  • Zij kunnen eenduidig naar buiten optreden (‘met één mond praten’).
  • Zij kunnen met een helder mandaat spreken namens hun organisatie
  • Zij kunnen inzicht geven in hun verwachtingen en standpunten.
  • Zij wekken duidelijke verwachtingen, maken die waar of geven tijdig aan als ze die niet waar kunnen maken.

Leer- en inspiratieomgeving

[[Leer- en inspiratieomgeving#|]]